Beestjes, beestjes... Hoe zorg je voor een diervriendelijke tuin?
Bijen, egels, vlinders, insecten, vogels, kikkers...
Vind je het ook belangrijk dat dieren een overlevingskans krijgen én vind je het leuk om meer vlinders te zien fladderen, bijen te horen zoemen, of vogels vrolijk te horen kwetteren in je eigen achtertuin of balkon? Tips voor een diervriendelijke tuin.
Een groene tuin voor een groen lint
Het draait allemaal om harmonie. Planten, insecten en de mens zorgen samen voor deze harmonie. Door al bij het ontwerpen van je tuin rekening te houden met de biodiversiteit (variatie in leven en landschap) kan je tuin bijdragen aan meer groen in de verharde omgeving. Alle groene tuinen bij elkaar zorgen samen namelijk voor een groen lint, waardoor dieren zich beter verplaatsen. Zo krijgen ze meer contact met hun soortgenoten en hebben de dieren betere overlevingskansen.
Kies vlinder- en bijenlokkende planten en struiken
Je hoeft geen groot landgoed te bezitten om veel leven in je tuin te hebben. Ook naar een kleine tuin kun je veel dieren lokken. Je tuin wordt er een stuk gezelliger van én er valt altijd wat te zien. Moeilijk is het niet. Er zijn specifieke struiken en vaste planten met bloemen waar vlinders en bijen op af komen zoals - de naam zegt het al- de vlinderstruik (Buddleja davidii).
Blog: Deze langbloeiende vaste planten bloeien de hele zomer
Speciaal voor bijen en hommels: verleng het bloeiseizoen met bloembollen
Door in het najaar bloembollen te poten die al in februari/maart bloeien, verleng je het bloeiseizoen. Hommels en bijen gaan namelijk al heel vroeg in het jaar op zoek naar eten. Leuke bijkomstigheid is dat je met sneeuwklokjes of krokussen ook al vroeg kleur hebt, terwijl de rest van je tuin nog kaal en grauw is.
Verwelkom ‘grote’ dieren in de tuin: egels, vogels, kikkers en salamanders
Nog een graag geziene gast in de tuin is de egel. Dit beestje haalt heel veel ongewenste dieren, zoals slakken weg. Zorg ervoor dat er een plekje in de omheining is waar de egel onderdoor kan kruipen. Een paar rommelige, niet netjes aangeharkte, hoekjes vinden egels, maar ook andere dieren, fijn. Door te wisselen van hoogte in de beplanting, krijg je meer variatie en kunnen er verschillen in microklimaat ontstaan met drogere en nattere stukjes aarde. Voor ons niet altijd waarneembaar, maar voor de kleine diertjes wel. Ook door het maken van stapelmuurtjes creëer je hoogteverschillen, bijvoorbeeld met oude stoeptegels. Zo ontstaan leefgebieden voor kleine beestjes die de “rommel” in je tuin opruimen en zelf voer zijn voor de vogels. Als je een vijver in je tuin hebt komen er ook padden, kikkers en salamanders.
Foto: Anemone Hybrida wit
Voedsel, Veiligheid en Voortplanting voor terugkerende dieren
Dit zijn de drie voorwaarden, waardoor de kans heel groot is dat dieren je tuin bezoeken en misschien zelfs blijven..
- Voedsel is voor elk dier anders. Bijen en vlinders zoeken nectar en stuifmeel en vogels eten zaden en insecten.Vogels houden van besdragende struiken. Als je de planten voor de winter niet afknipt, komen verschillende vogels de zaden eten of insecten tussen de stengels weghalen. Om vogels extra te verwennen mag je ze ook voeren. In het tuincentrum zijn mooie, leuke en handige voederplateaus om neer te zetten of om op te hangen en natuurlijk een groot assortiment aan vogelvoer. Heb je een vijver, dan badderen vogels heerlijk in het ondiepe gedeelte en kunnen drinken. Altijd leuk om te zien. Heb je geen vijver, dan kun je ook een ondiepe schaal neerzetten. Vooral in een strenge winter zullen de vogels je dankbaar zijn.
- Veiligheid staat voor een veilige plek om zich te verschuilen voor andere dieren. Denk aan struiken en bomen voor de vogels, een rommelig plekje voor de egel, waar niet telkens of nooit geharkt wordt. Een vlinder doet zich tegoed aan de warme zonnestralen in een windstil hoekje.
- Voortplanting betekent nestgelegenheid. In een boom, struik of klimplant kunnen vogels hun nest maken. Plaats nestkastjes, vlinderkasten of insectenhotels.
Dit verhaal verscheen eerder in de jubileumkrant
